KETAMINELaatste bijwerking : 2023.02.19 |
|||||||||
Synoniem: | |||||||||
Toedieningsweg: | parenteraal | ||||||||
Klasse(n): | |||||||||
Preconceptie | 0-3 | 4-6 | 7-9 | Perinataal | Borstvoeding | |
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | check II | check II | check II | check II | (ja) II | |
geen info | geen info | geen info |
Dosis afhankelijke complicaties zijn te verwachten tijdens zwangerschap.
Klinische gegevens bevestigen het verdwijnen van ketamine in moedermelk 12 uur na het toedienen. Indien de borstvoeding vroeger hervat wordt, moet mogelijk effect van ketamine bij de zuigeling nagegaan worden. Deze gegevens gelden voor ketamine in monotherapie.
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Ketamine passeert de placentabarrière snel, doch in beperkte mate. Bij intraveneuze dosissen hoger dan 2 mg/kg werd een duidelijke stijging van de bloeddruk van de moeder en de baarmoedertonus waargenomen. Er werden geen gecontroleerde klinische studies tijdens de zwangerschap uitgevoerd. Veilig gebruik tijdens zwangerschap werd niet vastgesteld waardoor het gebruik niet aanbevolen wordt, met uitzondering van toediening tijdens een chirurgische ingreep bij een keizersnede of vaginale bevalling [SKP Ketalar inj 12 2019].
Dierexperimenteel:Uit dieronderzoek is reproductietoxiciteit gebleken [SKP Ketalar inj 12 2019]. Anderzijds worden geen ernstige geboorteafwijkingen gemeld in divers dierexperimenteel onderzoek (muizen, konijnen en honden). In schapen werd een voorbijgaande stijging van de arteriële bloeddruk en cardiaal debiet gezien, evenals een respiratoire acidose en een gestegen uteriene tonus [Briggs 2017].
Tweede trimester:Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Zie eerste trimester.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Perinataal (steeds rekening houden met de gegevens bij de actuele trimester) :Sommige pasgeborenen die blootgesteld werden aan ketamine dat toegediend werd aan de moeder aan een intraveneuze dosis van ≥1,5 mg/kg tijdens de bevalling, vertoonden ademhalingsdepressie en een lage Apgar-score waardoor neonatale reanimatie nodig was. Er zijn onvoldoende gegevens wat betreft de intramusculaire injecties en intraveneuze onderhoudsperfusies van ketamine bij de kraamvrouw en geen enkele doseringsaanbeveling kan worden gegeven [SKP Ketalar inj 12 2019].
Complicaties treden op met IV doses vanaf 1,5 tot 2,2 mg/kg. Lagere doses van 0,2 tot 0,5 mg/kg zijn aangeraden. Algemeen vertoont ketamine een oxytocine effect: een toegenomen uteriene tonus en uteriene contracties. De kans op neonatale depressie is lager wanneer ketamine wordt toegediend binnen 10 minuten vóór de bevalling [Briggs 2017].
[SKP Ketalar: de initiële IV dosis ketamine kan variëren van 1 mg/kg tot 4,5 mg/kg. De gemiddelde dosis vereist voor het verkrijgen van een chirurgische anesthesie gedurende 5 tot 10 minuten, bedraagt 2 mg/kg; de initiële IM dosis ketamine kan variëren van 6,5 tot 13 mg/kg. Een dosis van 10 mg/kg zal gewoonlijk een chirurgische anesthesie van 12 tot 25 minuten produceren].
Gegevens over de doses worden bevestigd in dierexperimenteel onderzoek: vanaf een dosis van 2 mg/kg werd ernstige ademhalingsdepressie gezien bij de boorlingen in een studie met rhesusapen [Briggs 2017].
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Opvolging :Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
L3
NVDR: voor algemene principes zie ‘Klassetekst’.
Vier lacterende vrouwen kregen een intramusculaire dosis van 0.5 en 1 mg/kg ketamine met 5 tot 14 dagen tussentijd. De melkproductie werd volledig afgenomen 3, 6, 9 en 12 uur na de toediening van ketamine. Berekend over 12 uur zouden de zuigelingen tussen 0,65% en 0,77% van de maternele dosis gekregen hebben. Twaalf uur na toedienen was er nog nauwelijks ketamine aantoonbaar in de moedermelk [LactMed 11 2022]. Andere bronnen beamen dit gegeven [Hale][Briggs] [Dalal et al. 2014][Tommelein 2020].
Bij hervatten van de borstvoeding eens de moeder voldoende bij het bewustzijn is, wordt wel aangeraden sedatie, bleekheid en gebrek aan eetlust na te trekken bij de zuigeling [Hale].
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Preconceptie | Zwangerschap | Borstvoeding | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
(ja) III | (ja) III | |||||
geen info | geen info | ← Condoom gebruiken / Onthouding |
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
Geen specifieke informatie beschikbaar over de overgang via het sperma.
Dierexperimenteel:Geen specifieke informatie beschikbaar.
SKP
Hale, Medications and Mothers´Milk, 19th Edition, 2021
Briggs G, Freeman R, Yaffe S. Drugs in Pregnancy and Lactation, 12th edition, Philadelphia 2021
[LactMed] :https://www.ncbi.nlm.nih.gov/books/NBK500566/
Dalal PG, Bosak J, Berlin C. Safety of the breast-feeding infant after maternal anesthesia. Pediatric Anesthesia 2014; 24: 359-71.
Tommelein E. Postgraduaat Lactatiekunde. Artevelde Hogeschool 2020
De anesthesist wordt geacht steeds een effectieve, doch de laagst mogelijke dosis te gebruiken. Indien de aard van de ingreep het toelaat, heeft een locoregionale anesthesie de voorkeur boven een algemene anesthesie. Cumulatieve dosissen moeten zo veel als mogelijk vermeden worden. In het algemeen geldt dat borstvoeding geven veilig is als het bewustzijn van de moeder helder is. Bij twijfel over het bewustzijn van de moeder moet altijd veiligheid primeren en kan het eenmalig of zo nodig langer overslaan van borstvoeding nodig zijn. Er is een verhoogde monitoring ovv. volgen van het bewustzijn nodig van het kind nadat het borstvoeding heeft gekregen van de moeder die anesthetica kreeg toegediend.
Geen specifieke informatie beschikbaar.